Voor het beoordelen van fysieke belasting zijn verschillende hulpmiddelen beschikbaar. Op de website Fysieke belasting van TNO staat een mooi overzicht en er is een handige werkwijzer Fysieke belasting beschikbaar. Deze werkwijzer is een hulpmiddel om op een gestructureerde wijze echt aan de slag te gaan. Ook zijn er verschillende hulpmiddelen te koop zoals Fysibel en Fysisnel, Handboek Fysieke belasting en Arbo-Informatie blad fysieke belasting.
Beoordelingsmethode
Iedere vorm van fysieke belasting heeft zijn eigen norm en de beoordelingsmethode.
Tillen en dragen
De NIOSH-methode is een veel gebruikte methode om het maximale tilgewicht onder bepaalde omstandigheden te berekenen. In de toelichting op het Arbobesluit wordt ook naar deze methode verwezen. De methode kijkt niet alleen naar het gewicht van het voorwerp, maar ook naar de omstandigheden waaronder het wordt getild of verplaatst. De omstandigheden zijn de frequentie, de afstand van de verplaatsing, de hoogte tot de vloer en de draaiing van het lichaam. Op basis van deze gegevens berekent de NIOSH-methode het aanbevolen maximale tilgewicht. Maximaal is dat 23 kg, maar dat geldt dan voor een ideale tilsituatie. De Inspectie SZW hanteert deze methode als beoordelingsmethode van tilhandelingen.
Op internet zijn rekentools gebaseerd op de NIOSH-methode beschikbaar. Eén daarvan is beschikbaar op de website van FNV- Rekentool Tilgewicht. Hier wordt het maximale tilgewicht online berekend. Ook is er een (gratis) app beschikbaar MMH Calculator (Manual Material Handling) om het maximale aanbevolen tilgewicht te berekenen. Deze berekening is ook gebaseerd op de NIOSH-methode.
Duwen en trekken
Een methode om duwen en trekken te beoordelen is de DUTCH. Dit is een eenvoudige methode om zonder krachtmetingen de fysieke belasting te bepalen, die optreedt bij het uitvoeren van duw- en trektaken.
Repeterende handelingen
Bij repeterende handelingen gaat het om handelingen in een hoog tempo die voortdurend worden herhaald. Mensen die veel beeldschermwerk verrichten staan bloot aan repeterende handelingen, zie voor meer informatie hierover de Arbocatalogus beeldschermwerk. Om inzicht te krijgen in de aanwezigheid van gezondheidsrisico’s door repeterende handelingen is de Hand Arm Risicobeoordelings methode (HARM) ontwikkeld. Deze methode wordt ook door de Inspectie SZW gehanteerd.
Werkhoudingen – staan en zitten
Ongezonde werkhoudingen zijn bijvoorbeeld gebukt zitten, met geheven armen of geknield werken. Maar staand en zittend werken brengen risico’s met zich mee. Risico’s bij staand werken (en weinig lopen) zijn spataderen, lage rugpijn en pijnlijke gewrichten in de benen. Om dit te voorkomen is het beter om staand werk te beperken en af te wisselen met zitten en lopen. Voor zwangere werknemers gelden specifieke richtlijnen, zie verder deze pagina.
Steeds bekender is dat lang zitten gezondheidsrisico’s kent, onafhankelijk of iemand voldoende sport of beweegt. Met name het werk van kantoormedewerkers is een belangrijke bron van lang zitten. Lang zitten verhoogt de kans op vervroegd overlijden, type 2 diabetes, hart- en vaatziekten, depressies, sommige vormen van kanker, klachten aan het bewegingsapparaat (bron: Lang zitten: een nieuwe bedreiging voor onze gezondheid!). In de factsheet Langdurig zitten van TNO staan Nederlandse en Europese cijfers op een rij. Nederlanders zitten veel, in vergelijking met andere EU-landen zelfs het meest.
In de normen NEN-EN 1005-4 en de NEN-ISO 11226 staan richtlijnen voor zit- en stahoudingen, houdingen van de nek en het hoofd, romphoudingen, de schouders en bovenarmen, ellebogen en onderarmen, polsen en handen. De richtlijnen geven aan hoe lang iemand maximaal in een bepaalde houding kan staan of zitten. Het Werkhoudingeninstrument (WHI) is een methode om te bepalen of er sprake is van een risico op het ontstaan van klachten aan het bewegingsapparaat (gewrichten, pezen en spieren) door de aanwezigheid van ongunstige werkhoudingen.
Trillingen
Werken medewerkers regelmatig met apparaten waarbij trillingen vrijkomen, dan is het goed om te inventariseren bij welke apparatuur dit is en hoeveel trillingen er vrijkomen. Dit kan met de trillingscalculator. De trillingscalculator berekent de blootstelling aan lichaamstrillingen of hand-armtrillingen en geeft en adviseert wat u kunt doen voor medewerkers die blootgesteld worden aan deze trillingen.
Basisinspectiemodule Inspectie SZW
Een BasisInspectieModule (BIM) is een werkinstructie voor inspecteurs van de Inspectie SZW. BIM's zijn primair bedoeld voor intern gebruik door de Inspectie SZW, maar kunnen ook door derden worden gebruikt om inzicht te krijgen in de manier waarop geïnspecteerd wordt. Werkwijzen zijn algemeen omschreven en inspecteurs van Inspectie SZW kunnen op grond van de aangetroffen situatie in een bedrijf afwijken van de beschreven werkwijze. Hier vind je alle inspectiemodules.
Zwangere medewerkers
De beoordeling of werkzaamheden te belastend zijn, is maatwerk. Dit vraagt de inzet van deskundige ondersteuning.
Houdt bij het aanpassen van de arbeidsomstandigheden van zwangere medewerkers rekening met de volgende richtlijnen.
Gedurende de gehele zwangerschap:
- Bukken, hurken of knielen zoveel mogelijk voorkomen.
- Het met de hand gewichten tillen zoveel mogelijk beperken. Het in één handeling te tillen gewicht mag niet hoger zijn dan 10 kilogram.
- Staan dient zoveel mogelijk beperkt te worden, vooral in het derde trimester van de zwangerschap.
Vanaf de twintigste week van de zwangerschap:
- Het met de hand tillen van gewichten verder beperken.
- Maximaal 10 keer per dag tillen en per tilhandeling maximaal 5 kilogram
Vanaf de dertigste week van de zwangerschap:
- Maximaal 5 keer per dag met de hand tillen van maximaal 5 kilogram.
- Niet meer dan eenmaal per uur hurken, knielen, bukken of staande voetpedalen bedienen.